Drukbezochte bijeenkomst over het nieuwe pensioenstelsel
Op 9 maart heeft VCP-bestuurder Ruud Stegers uitvoerig uitleg gegeven over pensioenen en de nieuwe pensioenwet. Aan leden van diverse bonden die lid zijn van de VCP (waaronder FvOv/VONKC) werd uitgelegd hoe we bij deze wet uitkwamen. En wat er nu staat te gebeuren.
De drukbezochte bijeenkomst (fysiek en online) was georganiseerd door Vakbond De Unie en stond onder dagvoorzitterschap van Reinier Castelijn, voorzitter van De Unie. Van de gelegenheid tot het stellen van vragen werd door de aanwezigen ruim gebruik gemaakt.
Wanneer je de bijeenkomst gemist heeft, kun je deze terugkijken.
Waarom dit?
De bijeenkomst begon met een korte terugblik op het pensioenakkoord 2019 en waarom er nu de nieuwe Wet Toekomst Pensioenen voorligt. VCP-voorzitter Nic van Holstein gaf een toelichting op het proces dat de VCP daarbij is doorgegaan. Van de ondertekening van het pensioenakkoord tot lobby voor betere garanties rond compensatie. De VCP is bij de uitwerking altijd op de inhoud scherp en kritisch gebleven. Daarbij is de VCP zeker als luis in de pels ervaren, onder het motto: ‘het zo goed mogelijk maken in belang van achterban en deelnemers van pensioenfondsen’. Het is een wet waar geen van de partijen alles heeft gekregen wat zij graag zouden willen. Maar deze wet heeft wel breed draagvlak in de Tweede Kamer. Minister Schouten beoogd dat deze op 1 juli 2023 inwerking treedt. Of dat haalbaar is, zal afhangen van de behandeling in de Eerste Kamer.
Hoe werkt pensioen
Vervolgens nam Stegers het woord om allereerst op een voor iedereen begrijpelijke manier op hoofdlijnen uit te leggen hoe pensioen nu eigenlijk werkt. Veel mensen vinden pensioen complex en ingewikkeld en om dan meteen aan de inhoud van het nieuwe pensioenstelsel te beginnen werkt niet. Een vergelijking werd gemaakt met een eigen spaarrekening waaraan vervolgens steeds meer collectieve elementen werden toegevoegd die binnen ons huidige maar ook binnen het nieuwe pensioenstelsel met elkaar worden gedeeld (risicodeling). Denk aan de effecten van een hogere of een lagere rente, inflatie, langer of korter leven, goede of minder goede economische tijden en rendementen.
Hoe zit het nieuwe stelsel in elkaar
Daaropvolgend is ingegaan op hoe het nieuwe pensioenstelsel gaat werken. Dit deed Stegers aan de hand van de vier grote veranderingen die met het nieuwe pensioenstelsel aan de orde zijn. De eerste verandering is de gewijzigde aard van het pensioencontract. Er wordt van uitkeringsovereenkomst naar premieovereenkomst overgegaan, waarbij er straks twee nieuwe pensioencontracten zijn: de solidaire premieregeling en de flexibele premieregeling. De tweede verandering is de wijze waarop we pensioen opbouwen: de afschaffing van doorsneesystematiek in vakjargon. Tenslotte werd ingegaan op de tijdelijke regels voor het al dan niet mogen verhogen of verlagen van de pensioenen vooruitlopend op de transitie en het nieuwe nabestaandenpensioen.
Wat betekent dat nu?
Stegers toonde begrip voor scepsis bij mensen over de verandering en overstap naar het nieuwe stelsel. Vooral omdat de vraag: ‘Wat betekent het precies voor mij?’, nu nog niet te beantwoorden is. Maar men moet, zo gaf Castelijn aan, ook vertrouwen hebben in de cao-partijen die straks de nieuwe pensioenregelingen gaan afspreken. Volgens Stegers bevat het nieuwe stelsel voldoende ruimte, waarborgen en kaders om straks goede arbeidsvoorwaardelijke afspraken hierover te maken. Een garantie geven of dat ook overal lukt, gaf hij niet, omdat er meerdere partijen aan de tafels zitten en het afhangt van de specifieke situatie. Hij wees daarbij specifiek ook op de verantwoordelijkheid van de werkgevers in ons land. De evenwichtigheid van de afspraken voor alle generaties zullen worden besproken en gewogen aan die tafels en moeten leiden tot evenwichtige afspraken. Dat is een gezamenlijk proces met het pensioenfonds waarbij o.a. gekeken wordt naar premie, doelstelling en compensatie. Als slot op de deur zullen deze ook nog eens worden beoordeeld door het pensioenfonds zelf, waarbij vertegenwoordigers van werknemers, slapers en gepensioneerden ook worden betrokken.